Pagina's

woensdag 10 december 2014

Bij de dood van Cor Vriens

koerstruien

Cor Vriens zat
als een standbeeld op zijn fiets
niet plomp maar gestileerd
als een Giacometti

In de koers was het altijd
alsof hij nooit naar adem
hoefde te happen, alsof
hij dat ook niet wilde

Zijn snelheid leed er niet onder
de souplesse was zijn motor
een onversaagde kilometervreter
aan wie je dat nooit kon zien

Het was alsof hij in zijn netste pak
zijn wedstrijden reed, in korte broek natuurlijk
de benen bruin, met hagelwitte sokken
hij was de Nederlandse 'monsieur Anquetil'

Ik zat met hem samen bij wielerclub Buitenlust
en keek wat hij deed in een training
luisterde naar wat hij zei in een vergadering
en bewonderde zijn vrouw

Hij bleef fietsen ook toen de koers
voor hem allang voorbij was
je kon hem overal tegenkomen
op de fiets, in dezelfde stijl

Van 'allez Cor' werd het 'hé Cor'
en als je met anderen over hem sprak
werd dat 'Cor' een 'Corke'
'Ik zag Corke Vriens nog fietsen'

De ziekte ALS werd zijn dood
smeet hem in een rolstoel
ALS ik toch eens fietsen kon
zei hij toen het allang niet meer ging

Cor hield als geen ander van de fiets
hij was een volbloed wielrenner
die ooit de Ronde van Helmond won
en nu weer aast op die van de Hemel



Wim Daniels

1 opmerking:

  1. Ik ken Cor Vriens nog (oppervlakkig) vanuit zijn tijd bij de Jan Relou ploeg, zo half tot eind jaren '60 . 'nen echte Helliemonder, en altijd goei zin... Keek er als klein menneke toen huizenhoog tegenop. Weet zeker dettie boevn wel goed terecht kumpt... :-)

    BeantwoordenVerwijderen